Interview

Zo maakt architect Ben van Berkel gebouwen gezonder

Architecten denken te weinig na over het effect dat hun ontwerpen hebben op de gezondheid van mensen, stelt architect Ben van Berkel. Zijn bureau doet samen met studenten van de Harvard Graduate School of Design onderzoek naar dit onderwerp.

Van Berkel, bekend van iconische ontwerpen als de Erasmusbrug in Rotterdam en het NS-station in Arnhem, zegt niet alleen te willen ontwerpen voor een mooi plaatje. Als 21-jarige student werd hij overrompeld door het effect dat de Katsura-villa in het Japanse Kyoto op hem had. “Natuur en architectuur komen daar perfect samen. De schoonheid en eenvoud van dat gebouw maken het tegelijkertijd rustgevend en verkwikkend.”

© Christian Richters

Enkele jaren geleden is de architect zich serieuzer gaan verdiepen in hoe mensen worden beïnvloed door hun omgeving. Daarvoor doet zijn bureau UNStudio samen met studenten van de universiteit Harvard onderzoek naar hoe gebouwen de fysieke gezondheid van mensen kunnen verbeteren. Als gastdocent op de Harvard Graduate School of Design laat hij studenten het onderwerp ‘architectuur en gezondheid’ via diverse invalshoeken benaderen, waaronder via beleid, ruimtelijke ordening en als sociaal-cultureel fenomeen. “We gebruiken daarbij de Alfred Smith Houses in New York als voorbeeld. Dat project voor sociale woningbouw uit de jaren ’50 laat goed zien waarom woningcorporaties het vaak zo slecht doen. Er is veel achterstallig onderhoud en mensen moeten soms maanden wachten op reparaties. Bewoners worden totaal niet betrokken bij de ontwikkelingen. Dat zorgt voor veel stress. Mijn studenten bedenken oplossingen om dit soort situaties te verbeteren.”

“Ontmoetingsplekken zijn belangrijk in een gebouw. Als mensen geen contact kunnen hebben en een geïsoleerd gevoel krijgen, zorgt dat voor meer stress.”

© Eva Bloem

Minder vaak ziek

Voor zijn eigen ontwerpen bedenkt de architect manieren om de gezondheid van mensen in een gebouw te bevorderen. Door liften te verstoppen en trappen uitnodigender te maken, laat Van Berkel mensen meer bewegen in een gebouw. En om verspreiding van ziektekiemen zo veel mogelijk te beperken, gebruikte hij voor het kantoor van de Dienst Uitvoering Onderwijs in Groningen een techniek die bekend is uit ziekenhuizen: frisse lucht komt uit de vloer en wordt via het plafond afgezogen. Speciale lamellen aan de buitenkant van het pand vangen de benodigde wind op. “De verticale ventilatie zorgt ervoor dat bacteriën zich veel minder van persoon tot persoon kunnen verspreiden. De lucht binnen is zo vers dat je het gevoel hebt buiten te zijn.” In het gebouw, dat in 2011 werd geopend, bleek vorig jaar dat werknemers zich bijna 20 procent minder ziek melden dan voorheen, zegt Van Berkel.

“We zitten zoveel binnen dat architectuur een enorme impact kan hebben op gezondheid.”

Overzicht en ontmoeting

Een gebouw zou niet alleen de fysieke gezondheid van zijn gebruikers moeten bevorderen, vindt Van Berkel. Ook mentale en ‘sociale’ gezondheid hebben zijn aandacht. Zo is station Arnhem Centraal ontworpen als open en transparante ruimte, waardoor mensen zich er veilig voelen. “Er zijn bijna geen kolommen nodig in de hal, waardoor je goed om je heen kunt kijken en de weg kunt vinden. Er is bijna geen bewegwijzering nodig. Overzicht hebben reduceert stress, in tegenstelling tot smalle, donkere gangen waarvan je niet weet waar die uitkomen.”

© Hufton+Crow

© Hufton+Crow

In het door Van Berkel nieuw ontworpen gebouw van DUO (Groningen) meldden medewerkers zich tot bijna 20% minder ziek dan voorheen.

Ontmoetingsplekken hebben een belangrijke rol in gebouwen, stelt Van Berkel. “Als mensen geen contact met elkaar kunnen hebben en een geïsoleerd gevoel krijgen, zorgt dat voor meer stress. Dat geldt voor alle soorten gebouwen.” Zo bedacht Van Berkel de campus voor de Singapore University of Technology and Design. “Traditioneel zitten alle faculteiten in hun eigen gebouw. Maar dat belemmert ontmoetingen en creatieve uitwisseling. In het ontwerp wilden wij het sociale proces juist benutten in het leerproces. De campus is open, groen en transparant, met frisse kleuren die je helpen te begrijpen waar je bent.

© Hufton+Crow

© Hufton+Crow

Onder architecten wordt niet veel over gezondheid gepraat, merkt Van Berkel. Een gemiste kans, aldus de architect. “In de jaren ’30 en ’40 speelde gezondheid al een rol bij architecten als Le Corbusier en Alvar Aalto. Dat ging op een intuïtieve manier. Daarna is het onderwerp gezondheid enigszins uit beeld geraakt in de architectuur. Met de moderne technologieën en onderzoekstechnieken kunnen we zoveel data verzamelen over het effect van gebouwen op gezondheid. Dat zou veel meer moeten gebeuren om onze maatschappelijke rol te onderbouwen. We zitten zoveel binnen dat architectuur een enorme impact kan hebben op gezondheid.”