Onderwijs

Zes redenen waarom het I/O-gebouw zo leefbaar is

de nieuwe draai heeft het I/O-gebouw van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen verkozen tot leefbaarste gebouw van Nederland. Hier lees je waarom.

1. Door de lichte, warme uitstraling is het er fijn werken en studeren
Of je het nu aan studenten, medewerkers of bezoekers vraagt, iedereen antwoordt hetzelfde. Ook uitwisselingsstudent Georgios Kazakos uit Griekenland: “Het is hier altijd licht.” De gevel en het dak zijn van glas en laten veel daglicht binnen. Aangevuld met led-lampen die een prettig, helder licht verspreiden zorgt het dat je hier altijd fijn kunt werken. Te veel licht wordt tegengehouden door zonnepanelen en de overhangende verdiepingen. In het interieur is veel hout en bamboe. Saaie ruimtes als trappenhuizen en toiletten hebben felle kleuren. Kazakos vindt het gebouw ‘indrukwekkend’. “Het is vriendelijk en er hangt een goede sfeer.”

IO-gebouw-3

2. Het is open maar toch intiem
In het taps toelopende atrium zitten docent onderwijskunde Nienke van der Wouw en beleidsmedewerker Myrte Legemaate op de loopbrug op de tweede verdieping. Ze hebben een werkoverleg. “Iemand was heel mooi piano aan het spelen, dus we besloten hier te gaan zitten”, verklaart Van der Wouw. Dat doen ze wel vaker. De akoestiek is er goed, het galmt niet. “En vanwege het uitzicht. In een afgesloten ruimte voel je je zo opgesloten.” Maar, vult Legemaate aan, er zijn spreekkamers te reserveren als je die nodig hebt. “Fijn dat het gebouw zo flexibel is dat je kunt kiezen in wat voor soort ruimte je gaat zitten.”

“Fijn dat het gebouw zo flexibel is dat je kunt kiezen in wat voor soort ruimte je gaat zitten.”

IO-gebouw-1

3. Je vindt er overal plekken om te overleggen, werken of elkaar te ontmoeten
Als je rondloopt in het I/O-gebouw, zie je her en der mensen zitten. Een studente van de lerarenopleiding Engels leest Brideshead Revisited op de loopbrug, twee andere studentes zitten verderop op de trap met hun boeken. Deze informele ontmoetingsplekken maken het gebouw speels en uitnodigend. Wil je op je laptop bezig? Dan hoef je niet per se in de studiezaal te zitten; de zitplekken in het atrium hebben ook stopcontacten. Als je naar buiten wilt, kun je bijvoorbeeld op een van de groene daken terecht.

IO-gebouw-2

4. Het denkt mee met studenten
Wat willen studenten? Bier! In de kantine van het gebouw is hier leuk op ingespeeld met een tentoonstelling van bierflesjes uit de hele wereld. Studenten die een periode in het buitenland studeren, mogen de verzameling aanvullen. Bier drínken kan ook: in de gezellige ‘pub’ van de school – maar dan moet je wel bewijzen dat je minimaal 18 jaar bent. Een informatiescherm bij de ingang herinnert je eraan hoe laat de trein gaat en om je fietsverlichting in orde te hebben om boetes te voorkomen. Kijk, dat kunnen we waarderen!

IO-gebouw-4

5. Het houdt rekening met zijn buren
Een groot gebouw voor je huis – het wordt vaak niet gewaardeerd. Daarom hebben de architecten van het I/O-gebouw iets bedacht zodat de buren niet zouden uitkijken op een kale betonwand, wetende dat daar achter ergens de zon schijnt. De plattegrond is iets gedraaid om minder in de weg te staan en de trapsgewijze constructie zorgt ervoor dat mensen tóch van een zonnige tuin kunnen genieten. Bomen en planten op de dakterrassen maken het gebouw wat groener – fijn voor mens én dier.

IO-gebouw-5

6. Het wekt energie op
Door allerlei slimme foefjes is het IO-gebouw superduurzaam. Zo heeft het zonnepanelen, een ondergrondse warmte-koude-opslag, een grijswatersysteem en cradle-to-cradlematerialen. Op een speciale meterkast is te zien hoeveel energie er die dag is opgewekt. Daar kunnen andere gebouwen op de campus van meeprofiteren.

“Door allerlei slimme foefjes is het IO-gebouw superduurzaam. Zo heeft het zonnepanelen, een ondergrondse warmte-koude-opslag, een grijswatersysteem en cradle-to-cradlematerialen.”

IO-gebouw-6

Naam: I/O-gebouw
Organisatie: Faculteit Educatie, HAN
Locatie: Nijmegen, campus HAN
Gebruikers: 3000 studenten en 300 docenten en medewerkers
In gebruik sinds: mei 2014
Architect: Thomas Bögl, LIAG